Maarten van Rossem omschreef het als een vergeten oorlog. Eind augustus 1799 landde een invasiemacht vanuit de Noordzee op de kust van de Kop van Noord-Holland. Doel van de legermacht van Engelsen en Russen was om de Fransen uit de Bataafse republiek te verdrijven. De naar Engeland gevluchte stadhouder zou dan weer kunnen terugkomen.
Rob Janssen, John Grooteman en Bob Latten hebben zich verdiept in de gebeurtenissen in de herfst van 1799. Hun bevindingen hebben zij in een boek vastgelegd. In een lezing voor de HVA op 1 november 2022 vertellen zij over deze oorlog en de gevolgen ervan voor de inwoners van onze regio. De strijd duurde plusminus 6 weken. Niet zo lang wellicht, maar met grote gevolgen. Vele dorpen in de Noordkop en West-Friesland werden geplunderd. Duizenden inwoners stierven of raakten gewond. De gehele veestapel verdween. In Bergen en nabij Castricum vonden bloedige veldslagen plaats.
De stad Alkmaar bleef gespaard van oorlogsgeweld. Maar de invloed van de invasie op de stad was toch groot. Alkmaar moest inkwartiering van de legers toestaan. Woonruimte aanbieden, voor voedsel zorgen en gewonden helpen. Aanvankelijk trokken het Franse leger en het leger van de Bataven Alkmaar binnen. Later moesten zij plaats maken voor het leger van de Engelsen en Russen. Uiteindelijk mislukte de invasie. In een pand aan de Oude Gracht in Alkmaar vonden vredesonderhandelingen plaats. De Engelsen en Russen kregen een vrije terugtocht. Zij lieten een spoor van dood, verderf en vernielingen achter.
- De lezing op 1 november vangt aan om 20.00 uur en vindt plaats in de Sociëteit aan het Varnebroek 31.
- Leden van de HVA hebben gratis toegang.
- Niet-leden kunnen de lezing voor € 5,- bijwonen.
Lees ook hier.
Klaas te Bos, HVA